DM'90

Aantal 53
Aanschafkosten ca. ƒ 350 miljoen
Serie 3401-3453
Fabrikant Talbot
Exploitant NS, Arriva, NoordNed, Syntus en Veolia
Bouwjaar 1996-1998
Indienststelling 1996-1998
Samenstelling Bk + ABk
Asindeling 2’B’ + B’2′
Assen 8
Spoorwijdte 1435 mm
Massa 95,2 t
Lengte over buffers 52,340 m
Breedte 3,20 m
Hoogte 4,142 m
Maximumsnelheid 140 km/h
Vloerhoogte 1,160 m
Deuren Pneumatische zwenk-zwaaideuren
8 8
Deurbreedte 1.300 mm
Zitplaatsen 1e klas 12
Zitplaatsen 2e klas 123
Aantal klapzittingen 34
Techniek Techniek
Aandrijving hydraulisch (Voith)
Vermogen 2 x 320 = 640 kW
Inhoud brandstoftank 2 x 1.000 = 2.000 l
Treinbeïnvloeding ATB-NG
Treinradio GSM-R
Remsysteem * Oerlikon hoogvermogens luchtdrukrem stand R (met schijfremmen)
* Automatische lastafregeling * Automatische lastafregeling
* Magneetremmen * Magneetremmen
Remopschriften O-RA-Mg (D)
Koppeling Scharfenberg

Het Dieselmaterieel ’90 (DM ’90), met als officiële bijnaam Buffel, is een serie Nederlands spoorwegmaterieel, bestaande uit 53 tweedelige dieseltreinstellen. De stellen zijn deels gebaseerd op het Stoptreinmaterieel ’90, de Railhopper. De Buffels worden vanaf 1996 ingezet door de Nederlandse Spoorwegen en vanaf 1999 ook door Syntus.

Geschiedenis

De NS bestelde 53 treinstellen in 1993 bij Talbot, het huidige Bombardier, in Aken. De complete elektrische uitrusting, treinbesturing en diagnosefuncties werden door Holec Ridderkerk (inmiddels Alstom) geleverd. Duewag in Krefeld bouwde het interieur in en vanaf daar werden de treinstellen naar Nederland overgebracht. De 3401 kwam op 12 maart 1996 uit de fabriek in Krefeld gerold. In 1998 stelde NS het laatste treinstel, de 3453, in dienst.

Het was aanvankelijk de bedoeling om een vervolgserie tweewagenstellen te bestellen, en eventueel ook een DM’90-motorrijtuig (1-wagenstel) te ontwikkelen. Hiervan is niets terechtgekomen door de komst van nieuwe vervoerders op de diesellijnen.

Het materieel werd eind jaren 90 op een groot deel van de niet-geëlektrificeerde spoorlijnen geïntroduceerd. In de periode hierna werd een groot deel van deze trajecten openbaar aanbesteed, waarbij in de meeste gevallen de exploitatie naar andere vervoerders ging. Syntus nam hierbij een aantal DM’90 treinstellen over. Andere vervoerders maakten tijdelijk gebruik van enkele treinstellen. Een ander deel van het DM’90 verschoof tijdelijk naar een aantal stoptreindiensten op volledig geëlektrificeerde trajecten.

Op 13 december 2009 gingen de eerste vijftien stellen alweer buiten dienst. Enkele dagen tot weken later kwam het grootste deel van deze stellen tijdelijk weer in dienst om een deel van het opgelopen materieeltekort door het zware winterweer op te vangen.

Inrichting en techniek

Net als het Stoptreinmaterieel ’90, het elektrische treinstel dat de basis vormde voor de Buffel, heeft het DM’90 een afwijkende maximumbreedte van 3,20 meter. Door een uitgekiend ontwerp van de bakvorm (met geknikte zijwanden) en de zijdelingse veeruitslag beperkt te houden is het mogelijk de bak 30 centimeter breder te maken dan de meeste treinen, en toch te voldoen aan het standaardprofiel. Dankzij de brede bak was het mogelijk om in de 2e klas 5 zitplaatsen in de breedte te creëren, maar hiervan is afgezien. DM’90 wordt aangedreven door twee dieselmotoren (6 cilinders in lijn) van Cummins (type NTA 855 R4) met elk een maximaal vermogen van 320 kW. De overbrenging is hydrodynamisch (Voith, type T211 rzze). DM’90 heeft een topsnelheid van 140 km/h. De Buffel kon in treinschakeling rijden met het oudere (eveneens dieselhydraulische) Wadloper-materieel, al was de maximumsnelheid dan beperkt tot die van de Wadloper, 100 km/h. De Buffel biedt aan 135 reizigers een zitplaats (123 tweede klas en 12 eerste klas). De draaistellen zijn van het type RMO 9000, welke ook voor het Dubbeldeksinterregiomaterieel gebruikt wordt.

Aanvankelijk zou DM’90 dezelfde kop krijgen als SM’90, maar op advies van de afdeling Marketing en Design werd alsnog de gestroomlijnde kop gebruikt die eigenlijk al eerder voor het SM’90 was ontwikkeld en die de reiziger meer zou moeten aanspreken.

De combinatie van schijfremmen en een rustige loop heeft als gevolg dat het materieel slecht wordt gedetecteerd. Op de lijnen waar DM’90 rijdt, heeft de spoorinfrastructuurbeheerder vaak assentellers geïnstalleerd. DM’90 heeft ATB-NG-apparatuur aan boord als treinbeïnvloeding. Drie treinstellen werden voor het grensverkeer vanuit Heerlen uitgerust met Indusi en klaptredes. De Eisenbahn-Bundesamt (EBA) heeft er geen toelating voor gegeven.

In de treinstellen die de dienst tussen Zwolle en Kampen verzorgen, hingen tussen 2008 en 2013 informatieschermen met onder meer NS-reizigersinformatie voor het station Zwolle. Hiermee werd voldaan aan een voorwaarde van de provincie Overijssel bij de aanbesteding.

Koeling en verwarming

Om hoge temperaturen in de zomer in de reizigersafdelingen tegen te gaan zijn de dichte ramen vervangen door klapramen. De daken van alle DM’90-treinstellen van NS zijn in verband met dit probleem wit geschilderd. Omstreeks 1998 werden de machinistencabines voorzien van een airco-installatie. DM’90 wordt verwarmd door een luchtverwarmingssysteem dat de restwarmte van de dieselmotoren gebruikt. Als de warmte-afgifte van de motoren onvoldoende is, schakelen elektrische verwarmingselementen in. Deze elementen kunnen worden aangesloten op de depotvoeding zodat voor het warmhouden van de treinstellen op een opstelterrein de dieselmotoren niet hoeven te draaien. Dit beperkt geluids- en stankoverlast.

Foto’s 

Inzet

De spoorlijnen waar DM’90 komt te rijden worden, in de periode voorafgaand aan de inzet, met uitzondering van de Noordelijke Nevenlijnen, van ATB Nieuwe Generatie voorzien. Om de treindienst op deze trajecten niet te veel te belasten, wordt het materieel vaak gefaseerd op een verbinding in dienst gesteld en rijden de oude Plan U treinstellen op het trajectdeel zonder ATB-NG. Het traject Doetinchem – Arnhem wordt aangewezen als proeftraject voor het nieuwe dieselmaterieel. In de zomer van 1996 start het proefbedrijf met de Buffels. In november dat jaar wordt de treindienst vanuit Winterswijk met het materieel gereden. Tussen november 1996 en juni 1997 rijdt het materieel op het traject Leeuwarden – Stavoren. In juni 1997 volgt de verbouwing van de Maaslijn.

Syntus

Begin 1998 keren de treinstellen terug in het noorden en gaan ze tussen Leeuwarden en Groningen rijden. Eerst in de stoptreindienst tussen beide stations en vanaf september dat jaar in de sneltreindienst die mogelijk wordt door de gedeeltelijke verdubbeling van het traject. In mei 1998 is het Kamperlijntje geschikt voor de inzet van het DM’90 en vervangen de treinstellen het aldaar dienstdoende materieel Plan U. In augustus dat jaar gaan treinstellen 3431-3433 tussen Heerlen en Aachen rijden. De stellen zijn voor deze dienst voorzien van Indusi en extra instaptreden. Het is in mei 1998 de bedoeling dat de Buffels de nieuwe halfuursdienst tussen Zwolle en Enschede gaan rijden. Het baanvak is met het ingaan van de dienstregeling nog niet geschikt voor de treinstellen. Tijdens de verbouwingswerkzaamheden, waarbij slechts tussen Zwolle en Wierden wordt gependeld, blijven de treinstellen Plan U op het traject rijden. Ook wordt enige maanden busvervoer op deeltrajecten ingezet. De werkelijke halfuursdienst met DM ’90 gaat in januari 1999 van start. Tot de nieuwe dienstregeling 1999/2000 wordt echter alleen tussen Zwolle en Wierden gereden.

NS 

Als Syntus en NoordNed in de loop van 1999 en 2000 de treindienst op een aantal diesellijnen overnemen, nemen zij ook enkele DM’90 treinstellen over. Deze blijven hierdoor rijden op de trajecten Leeuwarden – Groningen en Winterswijk – Doetinchem (later Arnhem), zij het voor de andere vervoerder. Eind 2000 worden de treindiensten Zutphen – Apeldoorn en Zutphen – Hengelo overgenomen door het Dieselmaterieel ’90. De Plan U-treinstellen blijven nog enkele maanden tussen Hengelo en Oldenzaal pendelen. Wanneer ook dit traject gereed is voor ATB Nieuwe Generatie wordt de doorgaande treindienst Zutphen – Oldenzaal weer hersteld. In juni 2001 is het laatste dieseltraject gereed voor de Buffels en worden de treinstellen ook tussen Arnhem en Tiel ingezet. Die maand verdwijnen de treinstellen van hun enige internationale verbinding. Duitse Talent-treinstellen nemen de treindienst tussen Heerlen en Aken over.

In 2003 wordt de treindienst tussen Zutphen en Oldenzaal overgenomen door Syntus. De vervoerder maakt hiervoor gebruik van LINT treinstellen. Waarmee het DM ’90 uit de reguliere treindienst op dit traject verdwijnt. Wanneer de treindienst Arnhem – Tiel door Syntus wordt overgenomen, gaan hier DM’90 treinstellen van deze vervoerder rijden. Drie jaar later verdwijnen de treinstellen door overname van de exploitatie door Veolia ook van de Maaslijn. Omdat NS met een overschot aan dieselmaterieel zit, wordt besloten de treinstellen vanaf december 2006 in te zetten in de stoptreindienst op het geëlektrificeerde baanvak tussen Zwolle en Groningen. Door de komst van Spurt treinstellen zet Arriva het DM’90 vanaf juli 2007 in tussen Harlingen Haven en Leeuwarden. In november 2007 keert het laatste treinstel terug naar NS. De treinstellen blijven nog ruim anderhalf jaar vanuit Leeuwarden actief, van december dat jaar tot de zomer van 2009 rijden ze een groot deel van de spitsstoptreinen tussen de Friese hoofdstad en Wolvega.

In de dienstregeling 2017 (ingaande 11 december 2016) wordt DM’90 planmatig ingezet in de volgende treinseries:

Serie Treinsoort Route Bijzonderheden Werkzaamheden
7900 Sprinter Zwolle – Almelo – Hengelo – Enschede
8500 Sprinter Zwolle – Kampen Rijdt zondag tot 13:30 1x/uur, daarbuiten 2x/uur. Kampen zwolle van 5-7 tot 25-8 2017 rijden er geen DM'90jes!

Doordat na sneeuwval in december 2009 en januari 2010 een tekort aan rijvaardig elektrisch materieel ontstond werd DM ’90 ingezet in de stoptreinen tussen Leeuwarden en Wolvega en tussen Groningen en Zwolle. Verder wordt DM’90 in speciale gevallen ook door Syntus ingezet tussen Zutphen en Hengelo/Oldenzaal en tussen Zutphen en Winterswijk. Vanaf eind 2008 werd DM ’90 ingezet op de Maaslijn tussen Venray en Nijmegen vanwege capaciteitsproblemen op dit baanvak. Op het traject Venray-Nijmegen nam het aantal reizigers sinds de komst van Veolia bovendien met 50 procent toe. Enkele malen moesten, met name op station Cuijk, reizigers achterblijven op het perron of stopte de trein in verband met te grote drukte zelfs helemaal niet. Veolia besloot tot het verlengen van vier tweedelige treinstellen om zodoende de capaciteit te verhogen. Om de drukte enigszins op te vangen, werden vanaf 1 december 2008 twee DM ’90-stellen ingezet door Veolia. Sinds eind 2009 zijn de vier Velios-treinstellen verlengd tot drie bakken, en werden de 3446 en 3447 door Veolia teruggegeven aan NSFC.

Afwijkende treinstellen

NS nr. Syntus nr. In dienst bij Syntus sinds
3450 50 30 mei 1999
3451 51 30 mei 1999
3452 52 30 mei 1999
3453 53 30 mei 1999
3441 54 14 december 2003
3442 55 14 december 2003
3440 56 18 januari 2005
3438 57 1 april 2005
3439 58 1 april 2005
3437 59 11 juni 2007
3448 60 3 februari 2009
3449 61 3 februari 2009
3436 n.v.t. 18 december 2010
3447 n.v.t. 2 september 2011
3446 n.v.t. 23 september 2011
3435 n.v.t. 1 oktober 2011
3445 n.v.t. 28 oktober 2011
3422 n.v.t. 4 november 2011
3444 n.v.t. 3 december 2011

Syntus leaset al sinds 1999 treinstellen van het type DM’90. Inmiddels beschikt de vervoerder over 18 treinstellen. Hiervan zijn twaalf stellen vernummerd in 50-61. De overige zes stellen hebben (nog) geen Syntus-nummer. De oorspronkelijke nummers van deze stellen staan in de tabel hiernaast. De treinstellen zijn aangepast aan de huisstijl van Syntus, onder meer herkenbaar aan de witte vlakken op de zijwanden en het logo van de vervoerder onder de frontruit.

Ook NoordNed zette in de eerste jaren dat zij de Noordelijke Nevenlijnen exploiteerde enkele DM’90 treinstellen in. Het ging hierbij om de stellen 3446-3449. Zij behielden hun originele nummers. Op de plek van de NS-logo’s kwam het logo van de vervoerder. Het logo van NoordNed bleef ook op de treinstellen staan toen Arriva in 2006 de laatste aandelen NoordNed overnam. In november 2007 verdween de laatste Buffel bij Arriva.

Tussen 1 november 2008 en 20 november 2009 huurde Veolia twee stellen. De 3446 en 3447 werden op de Maaslijn in de spitstreinen tussen Nijmegen en Venray ingezet. De treinstellen waren hierbij van stickers van de vervoerder voorzien. Nadat de eerste tussenrijtuigen voor het eigen Velios-materieel waren geleverd, werden de stellen geretourneerd aan NS Financial Services Company, eigenaar van de stellen. Tussen 6 september 2010 en 17 december 2010 heeft de 3446 opnieuw voor Veolia gereden, evenals de 3447 die van 8 november tot eind maart over de Maaslijn heeft gebuffeld.

Voor de treindienst op het traject Apeldoorn – Zutphen had RegioNS vanaf 2004 de beschikking over de stellen 3443-3445. De stellen waren voorzien van gele stickers op de koersdisplays en onder de frontruiten. In 2006 kwam het oudste treinstel, de 3401, de drie stellen versterken. In december 2009 gingen de 3443-3445 buiten dienst en kwamen de stellen 3401, 3402, 3404, 3412 en 3414 vast op het traject te rijden. De treinstellen zijn van een nieuwe alternatieve bestickering voorzien. Hierbij zijn onder andere het logo van de provincie Gelderland en de namen van beide bestemmingen van de trein op de zijwanden aangebracht. Treinstel 3401 bezit vooralsnog ook de oorspronkelijke gele stickers. De 3443-3445 werden begin januari 2010 tijdelijk weer door de NS in dienst gesteld om het materieeltekort in deze wintermaand op te vangen. Per 15 januari dat jaar kwamen de 3443 en 3444 tijdelijk in dienst bij Syntus. De stellen behielden hierbij hun (NS) bestickering en treinstelnummer. Drie maanden later gingen deze stellen terug naar NSFSC.

Vanwege de vele problemen met het materiaal was Syntus genoodzaakt om extra treinen te huren van NSFSC. Per 30 juli 2010 werden de 3430 en de 3436 gehuurd en een paar maanden later kwamen ook de 3434 en de 3435 de vloot versterken. Voor de per 12 december 2010 door Syntus gestarte Grensland Express, tussen Hengelo en Bad Bentheim, is de 3436 voorzien van een speciale bestickering. Om dit stel te vervangen werd de 3446, die niet meer nodig was bij Veolia, ingezet bij Syntus. In de loop van maart zijn de twee beschadigde LINTs teruggekomen uit Stendal, waardoor de 3430 en de 3446 overbodig werden bij Syntus, daarom zijn deze per begin april weer terug naar NSFSC en staan sindsdien weer terzijde, ook de 3434 en de 3435 zijn weer terug naar de NSR en staan ook sinds die tijd weer terzijde.

De treinstellen 3403 en 3410 rijden in principe de complete treindienst tussen Zwolle en Kampen. Ook zij zijn hiervoor van een speciale bestickering voorzien, zowel het interieur als het exterieur is hierbij aangepast.

Treinstel 3419 is bij wijze van proef aan een kant voorzien van een zwarte baanruimer.

In 2014 zijn vanwege het buiten dienst gaan van de Zwolle – Kampen stellen 3403 en 3410 twee nieuwe stellen bestickerd voor Zwolle – Kampen, dit zijn de 3448 en 3449 geworden.

Buitendienststelling

Treinstel 3405 is na een aanrijding te Roermond in 2003 met zware schade buiten dienst gesteld. De ABk 3405 stond nog enige tijd geheel geplukt bij NedTrain Haarlem en werd vervolgens gesloopt. De Bk 3405 stond lange tijd geplukt in een loods in Amersfoort en werd in september 2014 afgevoerd en gesloopt

Met ingang van de NS-dienstregeling 2010 retourneerde NS Reizigers de stellen die zij van NS Financial Services Company huurde. De treinstellen 3427-3436 en 3443-3447 kwamen hierbij terzijde te staan. Enkele dagen later werden de winterse omstandigheden echter zodanig dat veel materieel met defecten uitviel. Om ICM-treinstellen vrij te maken werd onder andere een groot aantal treinen in de stoptreinserie 9100 (Zwolle – Groningen) opnieuw met het DM’90 uitgevoerd. Ook kwamen de treinstellen weer tussen Zwolle en Leeuwarden te rijden. Tussen de tweede helft van december en de laatste week van januari kwamen alle 15 treinstellen opnieuw in dienst. De 3443 en 3444 gingen hierbij tijdelijk voor Syntus rijden. Ook tijdens de winter van 2010-2011 had NS Reizigers last van de winterse omstandigheden. Opnieuw begaf het materieel het massaal, vooral de nieuwe Sprinter Lighttrain liet het afweten. Ter vervanging werden de stellen 3417, 3419, 3431, 3432 en de 3443-3445 opnieuw in dienst gesteld.

Anno 2016 staan de 3401, 3402, 3403 (Zwolle – Kampen), 3404, 3409, 3410 (Zwolle – Kampen) 3414, 3427-3435 en 3437-3453 (voormalige serie 50-61 van Syntus) terzijde.